De “Koninklijke Militaire Kapel” is in 1829 opgericht als
Stafmuziek van het Regiment Grenadiers in Den Haag. In 1876 kreeg deze
stafmuziek, bij Koninklijk Besluit, de naam ‘Koninklijke Militaire Kapel’,
behorend bij de Stafmuziek van het Regiment Grenadiers en Jagers. Deze naam is
toegekend vanwege het voortzetten van de militaire muziek in een tijd waarin
alle andere stafmuziek was opgeheven.

De Koninklijke Militaire Kapel heeft een fundamentele
bijdrage geleverd aan de ontwikkeling van militaire blaasmuziek, zowel binnen
als buiten Nederland. Onder leiding van dirigent F. Dunkler, in samenwerking
met de beroemde instrumentenbouwer Adolphe Sax, werd er onderzoek gedaan naar
de optimale instrumentencombinatie voor de militaire kapellen. Onder andere
saxofoon, nu een integraal onderdeel van het harmonieorkest, werd dankzij hun
onderzoek toegevoegd. Hun ontwikkeling en innovaties binnen de blaasmuziek zijn
van grote invloed op de (militaire) blaasmuziek wereldwijd.

Taken van de KMK

De KMK behoorde tot ‘de elite’ van de (militaire)
blaasmuziek. Naast het hoge muzikale niveau, was het orkest nauw verbonden met
het koningshuis en verzorgde de muzikale bijdrage Onder het Oog des Konings,
een directe opdracht van Koning Willem I aan de Stafmuziek van de
Grenadiers. 

Tijdens Prinsjesdag was het de KMK die, samen met de
koningscompagnie van het Garderegiment Grenadiers en Jagers, voor de koets
liep. De KMK liep ook als enige kapel in de stoet bij rouw- en trouwdiensten
van het Koninklijk Huis, zoals bijvoorbeeld tijdens de huwelijksceremonie van
koning Willem-Alexander en koningin Maxima. De KMK stond opgesteld bij de
Nieuwe Kerk in Amsterdam en liep mee tijdens de processie van het bruidspaar.
Daarnaast was de KMK belast met ceremoniële en protocollaire taken, zoals het
uitvoeren van erewachten, deelname aan staatsbezoeken, en optreden bij
militaire ceremonies.